Laat me
Op een mooie dinsdagmiddag rijd ik naar een klein dorpje op de Veluwe waar ik zo een lezing zal geven over meebewegen met dementie. Ik loop richting het kleine zaaltje achter de kerk, geroezemoes komt me al tegemoet. Vanwege het onderwerp ‘veranderend persoon en veranderende relatie’ wordt er best een aantal mensen verwacht. Of het vanwege het mooie weer is of omdat men is veranderd van de avond naar de middag is niet helemaal duidelijk, er is slechts een klein groepje aanwezigen als de deur dicht gaat. Voor mij maakt het niet uit, ik geloof altijd dat het dan zo moet zijn. Mijn verhaal heb ik wat aangepast omdat er mensen zullen zijn met dementie. Ik wil eerlijk zijn, maar niet te confrontatief.
Zoals altijd begin ik de lezing met een zingende mams met het liedje ‘Welcome to my world’ van Jim Reeves. Altijd al een lievelingsliedje van mams, maar hoe toepasselijk nu. Dat er nog steeds wonderen in haar wereld gebeuren. Bij mijn mams meestal met muziek. Zoals bij zovelen met dementie; muziek opent en verbindt.
Samen zingen
Na het levensverhaal van mams, het meisje met dromen en verlangens ga ik in vogelvlucht naar het moment van inhuizing. Dan volgt een nieuw filmpje. Mams en ik dansend en zingend ‘laat me’ van Ramses Shaffy in een Nunspeets park. Uit mijn ooghoeken zie ik een man emotioneel worden. Zijn vrouw kijkt hem van opzij aan. Ik laat hem even en ga verder met mijn verhaal. Dan loop ik op hem af en vraag: ‘Wat raakte u zo? De woorden laat me?’ ‘Ja’ snuft hij en kijkt eerst mij met zijn betraande ogen aan en vervolgens zijn vrouw. Liefdevol legt ze haar hand op zijn arm. Ook bij haar zie ik vochtige ogen en hoe ze slikt. ‘Ik heb het begrepen, het kwartje is gevallen’ zegt ze zacht terwijl ze hem diep aankijkt.
Bij dementie hebben we de neiging mensen te corrigeren, dingen uit handen te halen die ze minder goed afgaan. Hun verdriet ‘weg te troosten’. Laat ze hun gevoel van eigenwaarde behouden. Laat ze het gevoel hebben dat ze er nog steeds toe doen. Luister maar naar wijze oom Ramses: ‘Laat me, laat me, laat me mijn eigen gang maar gaan.’